Het was pikdonker. Wanneer ik naar boven keek, zag ik de donkere silhouetten van bladerloze bomen omhoog grijpen naar de hemel. Daarin fonkelden de sterren, zoals ze dat alleen doen wanneer het vriest. Kraakhelder, knipogend, lachend bijna. Mijn kamp lag achter me in het donkere woud, mijn vuur ook. Voorzichtig baande ik me een weg over de rotskam richting een open plek. Gaandeweg verdreef de kou de laatste warmte van het vuur uit mijn kleding. Het was dag twee van mijn vierdaagse tocht langs de Semois, een van de mooiste rivieren in de Belgische Ardennen.
Meerdaagse hikes in de Ardennen
Wie graag meerdaagse hikes maakt, weet hoe moeilijk is om dicht bij huis goede routes te vinden. Om echt op te gaan in je natuurervaring, wil je meerdere dagen door de bossen trekken. Maar waar doe je dit? De Belgische Ardennen zijn de dichtstbijzijnde plaats voor zulks. Een gouden tip van ons: bestudeer de zijrivieren van de Maas met hun vele vertakkingen. Zij zijn ideaal als rode draad voor meerdaagse hikes. Zoals de Ourthe, de Amblève, de Bocq, de Lesse, de Vesder en – onze meest recente ontdekking – de Semois. De Walen mogen trots zijn op het natuurbehoud rondom deze rivieren. Kies een rivier, stippel je tocht uit langs haar loop, plan niet te veel en laat je verrassen. Zo pakte ik het ook aan met mijn tocht langs de Semois.
Op gang komen langs de Semois
De eerste dag van mijn vierdaagse hike voelde aan als een mislukking. Het was begin november, dus al vroeg donker. Het regende die middag. Het bos was drijfnat en ongastvrij. Ik volgde een pad langs de Semois, die koud en onverschillig voorbij stroomde. Vanaf de oever spotte ik een rotswand waarop ik vlakke bosgrond vermoedde. Daarop besloot ik mijn kamp voor de nacht te maken. De willekeur viel niet uit in mijn voordeel. De met drijfnatte bladeren bedekte koperkleurige bosgrond stemde me somber, het stuk bos waar ik me bevond weigerde tot mijn verbeelding te spreken. Daarbij wist ik ook niet genoeg hout te hakken, waardoor ik maar voor een uur vuur had.
Overnachten tijdens een wandeltocht langs de Semois
Om 19:00 uur lag ik dus al in mijn koude tent, omringd door mijn hike uitrusting. De zon zou pas weer opkomen om 07:30. Ik had een goede twaalf uur voor de boeg, alleen in een koude trekkingstent. Gedurende die avond heb ik me meermaals hardop afgevraagd: waarom doe ik dit? Alleen een dun slaapmatje en het onderzeil van mijn tent tussen mij en de drijfnatte bosgrond. Alleen een dun tentzeil tussen mij en de nachtvorst. Alleen een hoofdlampje – welks licht zelfs door de gemiddelde fastfood-Aziaat als ongezellig zou worden afgedaan – tussen mij en de duisternis. Twaalf uur duren dan lang, vooral als je thuis je leesboek bent vergeten.
Een woud bij nacht
…maar dat was de eerste dag. De tweede dag maakte alles goed. Ik kwam door het duistere woud aan bij de open plek op de rotskam. Links van me zag ik de maan opkomen over een heuvelrug. Het water van de Semois stroomde ruisend voorbij in de vallei onder me. Het geluid van het ruisende water werd alleen onderbroken door het roepen van bosuilen dat her en der uit het woud opklonk. De rivier zelf was niet te zien, maar haar loop tekende zich prachtig af tegen de donkere nacht.
Vanuit het stroomdal steeg een dichte mist op over de hele lengte van de rivier. Door het maanlicht werd de mist een ijle, melkwitte veeg die de loop van de rivier aftekende tegen het pikzwarte woud. Hier en daar reikten mistflarden omhoog die onderweg naar de sterren langzaam oplosten als dansende schimmen in het maanlicht. Zoals de mistflarden omhoog reikten naar de sterren, reikte de magie van het nachtelijke woud naar iets binnenin mij. Ik werd stil van binnen, vol eerbied en achting voor het tafereel dat zich rondom me afspeelde. Daar en toen verdween alle twijfel over mijn tocht langs de Semois als kou rond een kampvuur.
Vuur maken
In mijn rugzak droeg ik een bijl en een snoeizaag mee. Met deze twee werktuigen – die je heel goedkoop kunt aanschaffen – kun je zelfs uit een drijfnat bos droog brandhout halen. Als houtbron kies je staand, dood hout. De stam daarvan kan nat aanvoelen, de kern ervan is droog. Een omgewaaide dennenboom bijvoorbeeld, die door haar zijtakken de bosbodem niet raakt.
Op de rotskam was ik zo onder de indruk van de magie van het nachtelijke woud, dat ik vergat hoe koud het eigenlijk was. Maar niet ver achter mij brandde mijn kampvuur veilig en geduldig verder bij mijn kampplaats. Toen ik daar in de middag aankwam vond ik een geul in de bosgrond waaruit ik de bladeren verwijderde. Met stenen die ik vond maakte ik een vuurkring in die geul. Hout haalde ik uit de restanten van een onlangs gerooid bosperceel. Een bosperceel zoals je ze er veel ziet in de Ardennen: ritsen dennenbomen in liniaalrechte lijnen, zo dicht opeen geplant dat zelfs de helderste herfstzon niet tot de bosbodem doordringt. Na een goed uur hard werken, had ik genoeg hout voor een aantal uur staren in vlammen waarna ik me in mijn tent terugtrok voor de nacht.
The Hike raadt het ten zeerste af om vuur te maken in het bos. Vuur maken in wouden als de Ardennen is vaak ten strengste verboden. Met recht en reden: door het veranderende klimaat neemt het aantal bosbranden in Europa flink toe. Er is niets zo hartverscheurend als een woud dat in vlammen opgaat, niets zo desolaat als een woud na een bosbrand. The Hike distantieert zich van de keuze die de auteur van dit artikel maakte om toch vuur te maken in het bos. Mechteld en Kaz – The Hike
Overnachten in het bos bij de Semois
Overnachten in het bos is niet legaal, maar onweerstaanbaar verleidelijk. Door de natuur trekken zonder te weten waar je ’s nachts zal slapen. Een uitrusting bij je dragen waarmee je op eender welke plek een goed kamp kunt maken. Zorgeloos en met plezier vooruit denken: welke magische plek zal vanavond de mijne zijn? Welke vaardigheid zal er vanavond op de proef worden gesteld?
Wanneer je je aan een aantal ongeschreven regels houdt, zul je waarschijnlijk weinig problemen ondervinden. Respecteer de rust van de natuur, maak geen vuur, zet je tent op bij zonsondergang, breek je tent op in de vroege ochtend en laat geen spoor achter van je verblijf. De eerste keren is dat spannend, maar wanneer je deze onbepaaldheid leert omarmen kom je op de mooiste plaatsen.
In de voetsporen van een bisschop
Op de voorlaatste dag van mijn tocht langs de Semois spotte ik laat in de middag een rotskam. Na de ervaring van de nacht ervoor besloot ik daar een kampplaats te gaan zoeken. Onderweg naar boven kwam ik bij toeval een grot tegen. Deze werd in de 7e eeuw bewoond door een kluizenaar die later bisschop van Maastricht zou worden. Een mooiere slaapplaats dan deze kon ik me niet wensen. Toen de schemering inviel, ontstak ik een paar kaarsen die ik in spelonken van de grotmuur plaatste. Het werd een nacht vol contemplatie in flakkerend licht die ik geknield op het altaar afsloot met een gebed. Een eerbetoon aan de plaats waar ik mocht overnachten, een eerbetoon aan mijn tocht langs de Semois.
– Tekst gaat verder onder de foto’s
De wandelroute langs de Semois
Langs de Semois loopt een deel van de GR genaamd Grand Tour des Plus Beaux Villages de Wallonie. Ofwel, de mooiste plaatsjes van Wallonië. De route meandert grofweg vanaf Florenville naar Membre (of andersom) langs de Semois. Dit is de gehele route, dus pak daar vooral een eigen stuk uit. Verstandig is om met het openbaar vervoer te gaan. Of je auto bij een van de stations te parkeren, zodat je terug naar je auto kan met de trein. Zo kan je de route beginnen (of eindigen) bij station Virton, Florenville, Bertrix, Paliseul, Carlsbourg, Graide, Gedinne of Beauraing. Het stukje tussen Florenville en Gedinne is het mooiste. Check hier jouw reistijd en prijzen naar een station in België.
2 reacties. Reactie plaatsen
Ha Diederik, zou je deze route (start- en eindpunt) willen delen?
Hi Mieke, goede vraag. We hebben het artikel iets aangepast, met de route en tips voor stations 🙂