De Seiser alm is de grootste alpenweide in Europa. Denk daarbij aan 56 vierkante kilometer vlakke alpenweide. We hebben het daarbij niet over een fraai landschap in het dal, maar over een mega groene vlakte op 1800-2300 meter hoogte. Het bijzondere van wandelen op de Seiser Alm is dat het door de uitgestrekte vlaktes bijna wat weg heeft van ons eigen kikkerlandje, maar tegelijkertijd lijkt het daar ook totaal niet op. De grillige bergtoppen, die zo kenmerkend zijn voor de majestueuze Dolomieten, torenen namelijk als grote helden boven je uit. Tijd om een van die toppen te beklimmen. We nemen je mee naar de top van Petz/Monte Pez op 2564 meter hoogte.
Wandelen op de Seiser Alm
Wandelen op de Seiser Alm is wandelen in zo’n beetje de mooiste bergen van de wereld. Je wandelt namelijk in de Dolomieten, een bergketen die sinds 2009 op de UNESCO werelderfgoed lijst staat. De Seiser Alm maakt indruk met zijn fantastische bergtoppen, genaamd Plattkofel/Sassopiatto, Langkofel/Sassolungo en Schlern/Sciliar. Zoals we al noemden, wandel je daarnaast ook over prachtige alpenweiden, waar je maar liefst 790 verschillende soorten bloemen en varens vindt. We hebben het hier over zo’n uitgestrekt gebied dat er maar liefst 450km aan hiking trails te vinden zijn. Er valt heel wat te ontdekken dus. Extra bijkomstigheid: de zon schijnt maar liefst 300 dagen per jaar op de Seiser Alm. Hierdoor zijn de hiking trails open van maart t/m november.
De hike naar Petz/Monte Pez
Een van de bergen rondom de Seiser Alm heet Schlern/Sciliar. De hoogste top van dit stukje berg heet Petz/Monte Pez. Op de top staat een groot kruis, van waar je een fenomenaal uitzicht hebt over de Seiser Alm en de omliggende Dolomieten. Denk daarbij aan de Catinaccio, Latemar, Sella Group, Odle en de Marmolada. Die laatste is de hoogste berg van de Dolomieten. Er zijn meerdere manieren om via de Seiser Alm bij de top uit te komen. Je kunt de kortste, en daarmee ook meest populaire, route nemen. Vanaf de gondel loop je over de Prügelweg in ongeveer drie uur naar de top van de berg. Volg daarbij de nummers 6-5-1. Wij kozen natuurlijk voor de alternatieve route. Die maakt een detour via de Saltnerhütte. Je bent dan een half uurtje langer onderweg en je komt uiteindelijk op hetzelfde pad naar de top uit. Volg hiervoor de nummers 10-5-1.
De terugweg
What goes up, must go down. Vanaf de top zijn daar meerdere mogelijkheden voor. Ongeveer 100 meter onder de top ligt het Schlernhaus, een indrukwekkende berghut waar je krachten op kunt doen in de vorm van een goede lunch en/of diner en een overnachting. Vanaf het Schlernhaus kun je dezelfde route terug nemen als dat je omhoog gekomen bent. Zelf kozen wij voor een route die aan de andere kant van de berg ligt. Je volgt dan nummers 3 en 1 tot aan Ums. Een mooie, maar ook best pittige tocht, waar je wel een paar uur zoet mee bent. Zorg dus voor genoeg energie, water en wat te eten voordat je aan de afdaling begint. Vanuit Ums kun je een bus terug naar de kabelbaan in Seis/Siusi nemen.
Meerdere namen voor dezelfde plek
De Seiser Alm ligt in de regio Zuid-Tirol. Een bijzonder deel van Italië. Zoals de naam al doet vermoeden, kent Zuid-Tirol namelijk een hoop Oostenrijkse invloeden. Niet gek, want de regio hoorde tot 1918 bij Oostenrijk. Pas daarna werd het gebied Italiaans. Doordat 80% van de bevolking nog steeds Duits spreekt, klinken de meeste locaties niet bepaald Italiaans. Toch hebben alle plekken in de regio zelfs drie verschillende namen. Eentje in het Duits, eentje in het Italiaans en eentje in het Ladinisch, de taal van de lokale inwoners. Zo heet de Seiser Alm in het Italiaans Alpe di Siusi en in het Ladinisch Mont Sëuc.