Het is mei, de bomen staan in bloei en het wordt weer langzaam aangenaam warm. Op hoger gelegen delen in de Alpen laat de lente vaak wat langer op zich wachten. Waar de zuidelijke flanken vaak al sneeuwvrij zijn, kan aan de noordkant de sneeuw tot eind juni blijven liggen. Wij zijn vandaag in het zuiden van Beieren en hiken naar de Soinsee. We hebben de korte broek aangetrokken, maar hebben ook onze sneeuwspikes ingepakt. Dat is het ultieme aan hiken in het voorjaar: op één dag beleef je meerdere seizoenen en stap je van de ene wereld in de andere.
De Soinsee is het mooiste plekje in het Mangfall gebergte
De Soinsee ligt diep verscholen in het Mangfall gebergte, niet ver van de Oostenrijkse grens en het Duitse Bayrischzell. Het Mangfall gebergte is onderdeel van de Beierse vooralpen. Het massief dankt zijn naam aan de gelijknamige rivier die door het dal stroomt. Meer bekende gebieden in de buurt zijn de regio rondom de Achensee en het indrukwekkende Karwendel gebergte.
Het Mangfall gebergte is erg bekend onder de inwoners van München en kent dan ook een aantal Münchner Hausbergen. Als een berg door de Münchners als huisberg betiteld wordt, dan is dat meestal geen goed teken. Tenzij je natuurlijk van drukte op de top houdt. De Soinsee ligt echter wat dieper verscholen in het gebergte, waardoor het ook wat minder bekend is. Dat is fijn, want pareltjes die je wat meer voor jezelf hebt zijn des te mooier.
Klimmen aan de zuidkant
Omdat het gebied waar we zijn zo mooi is kiezen we voor de langste weg naar de Soinsee. Namelijk via de Auerspitz, een 1.811 meter hoge top met fenomenaal panorama uitzicht. We parkeren onze cabrio, het is immers al mei, aan de Tiroler Strasse en beginnen met onze hike. We beginnen aan de zuidelijke kant en genieten volop van de lente.
Onze tocht loopt door het Wildschutzgebiet Maroldschneid. In het Mangfall gebergte zijn er verschillende beschermde gebieden aangewezen waar menselijke recreatie tot een minimum beperkt is. Zo zijn er in dit gebied geen skiliften te vinden en worden delen van dit gebied tijdens het broedseizoen gesloten. Zo krijgt de natuur alle ruimte om zich te ontwikkelen.
Sliden naar beneden
Na een prachtig eerste deel van de route komen we aan op de Auerspitz. We weten dat de afdaling hele andere koek gaat worden en kijken alvast voorzichtig naar de noordflank. Er ligt nog een dik pak sneeuw. Er zit dus niks anders op dan onze sneeuwspikes aan te trekken, maar daar zijn we natuurlijk niet vies van. Slidend vinden we onze weg naar beneden, op weg naar de Soinsee.
Wie in mei of juni in de Alpen gaat wandelen moet altijd rekening houden met sneeuw. Zeker op hoger gelegen delen blijven de noordelijke flanken vaak nog voorzien van een dik pak sneeuw. Dat is helemaal niet erg, zolang je maar goed voorbereid bent. Informeer altijd, voordat je gaat wandelen, naar de condities op de plaats van bestemming. Dat kan makkelijk online, door wat plaatselijke webcams te raadplegen. Je kunt natuurlijk ook even langsgaan bij de plaatselijke VVV.
Genieten aan de Soinsee
We zijn nu eindelijk aangekomen op de plek waar het ons eigenlijk om te doen is: de Soinsee. En toegegeven, deze plek stelt allerminst teleur. Rond deze tijd is het meer nog voorzien van een dik pak ijs. Het meer ligt tegen de flank van de Ruchenköpfe aan. De weg naar deze top is een onvervalste Via Ferrata en is dus alleen voor echte thrillseekers te bereiken.
Wij zijn vandaag echter in een relaxte bui en nemen een welverdiende pauze op deze prachtige plek. Onze voeten steken we in het water. Het is ijskoud, maar wel goed voor de bloedsomloop. Naast ons treffen we twee mensen aan die nog een stap verder gaan: beiden dompelen zich letterlijk onder in het ijskoude water van de Soinsee. Ze vragen of we er ook bij willen komen. Hoewel we onszelf heel erg mannelijk en stoer vinden, durven we het toch niet aan en blijven we op het droge.
Terug naar de bewoonde wereld
We laten de Soinsee achter ons en beginnen aan het laatste deel van onze route. Terug naar de auto en terug naar de bewoonde wereld. Dagtochten vervelen eigenlijk nooit. Wat een geluk dat ik zo dicht bij de bergen woon. En hoe fijn dat er in München altijd wel vrienden te porren zijn voor een dagje in de Duitse wildernis. Wandelen is hip in München. Wie niet wandelt, hoort er eigenlijk niet bij. Hoe het ook moge zijn, vandaag is er weer een mooi avontuur ten einde gekomen. Voldaan volgen we de lange colonne stadsgenoten, op de weg terug naar het hectische leven van de stad. Het zal niet lang duren voordat we onze weg naar de Alpen weer weten te vinden.