Vorige keer hebben we het gehad over de vele gezichten van Nieuw Zeeland, waarom het zo’n uniek en mooi land is. Daarom was het aan de ene kant best lastig om te bedenken waarmee we deze serie zouden aftrappen, maar aan de andere kant ook weer niet. We beginnen met de gigant van Nieuw Zeeland: Mount Cook.
De baas van de Zuidelijke Alpen
Op het Zuidereiland vind je namelijk de zogeheten Southern Alps. Dit berggebied scheidt de dunbevolkte, ruige West Coast af van het oosten en strekt zich uit over bijna de volledige lengte van het eiland. Hoe meer je naar het zuiden gaat, hoe duidelijker het wordt, hier is maar één berg de baas. Met zijn altijd besneeuwde top van 3.724 meter steekt hij met kop en schouders uit boven de rest. De Māori’s, de oorspronkelijke bevolking van Nieuw Zeeland, noemen deze berg ‘Aoraki’, wat Cloud Piercer betekent. We hebben het hier over de hoogste, machtigste en meest bekende berg van Nieuw Zeeland: Mount Cook.
Beklimmen moeilijker dan de Everest
Mount Cook is vernoemd naar de Engelse kapitein James Cook, die in tegenstelling tot Abel Tasman wél aan land is gegaan. De berg is in 1894 al voor het eerst beklommen, wat een enorme prestatie is. In eerste instantie denk je misschien: 3.724 meter is ook weer niet zó hoog’. En dat klopt, er zijn ook al bergen in Europa die een stuk hoger zijn. Maar je moet rekening houden met het volgende:
Het Zuidereiland is redelijk smal en langwerpig, dat betekent dat je nooit ver van de zee vandaan bent. Als je vanaf de kust de valleien in rijdt, dan ben je dus nooit heel veel hoger dan zee niveau. De hoogte van de berg is dus bijna gelijk aan het netto hoogteverschil tussen jou en de top. Dat zorgt ervoor dat de bergen immens hoog lijken als je door de vallei aan het cruisen bent. Dat geldt voor Mount Cook dus helemaal. Verder zeggen ze dat een klim naar de top van Mount Cook, technisch gezien, moeilijker is dan naar de top van de Everest. Gelukkig zijn er voor de backpackers ook nog leuke alternatieven voor het beklimmen van de top. Één daarvan is een makkelijke hike die je het dichtst bij de voet van Mount Cook brengt, namelijk de Hooker Valley Track.
Hoe kom je in Mount Cook National Park?
Er is speciaal een snelweg aangelegd om naar Mount Cook te rijden. Het rijden over deze weg is op zichzelf al een avontuur, puur genieten! Het eerste stuk rijd je langs het meer Pukaki, met het blauwste water dat wij ooit hebben gezien. Als je iets verder rijdt zie je het meer langzaam overvloeien in gletsjer rivieren, die het smeltwater vanaf de bergen naar Pukaki voeren. Deze gletsjer rivieren zijn vanuit de lucht nog mooier om te zien.
De weg vervolgt zich dan al kronkelend door de vallei, waarbij je constant uitzicht hebt op de karakteristieke punt van Mount Cook en de omliggende bergen. Het uitzicht die je hebt op deze berg is een regelrechte hit op Instagram geworden en wij raden dan ook zeker aan om te stoppen, als de situatie dat toelaat natuurlijk, want het kan erg druk zijn in de zomer.
Aan het einde van de weg bevindt zich het kleine dorpje Mount Cook Village. Hier heb je alleen wat hotels en hostels, die allemaal redelijk prijzig zijn. Als je een campervan hebt die self-contained is, dat houdt simpel gezegd in dat je een eigen wc hebt en ook je eigen afvalwater kunt opvangen, kun je nog iets verder doorrijden.
Kamperen bij White Horse Hill
Precies aan het einde van de weg heb je camping White Horse Hill. Hier zijn ook faciliteiten beschikbaar, zoals wc, wasbak en een douche. Je kunt hier alleen niks kopen, zorg dus altijd dat je genoeg water en eten bij je hebt, als je van plan bent hier meerdere dagen te blijven. Het is namelijk de perfecte uitvalsbasis om verschillende hikes te doen. Zorg ook dat je op tijd komt, hoe later op de dag, hoe drukker het wordt. In hartje zomer wordt het écht druk! En vol = vol.
De Hooker Valley Track
De makkelijkste hike die je kunt doen is de Hooker Valley Track, het startpunt van de track is op loopafstand van de camping. De track is redelijk makkelijk omdat je bijna niet stijgt of daalt, je loopt alleen verder de vallei in richting de voet van Mount Cook. De hike paden en tracks in Nieuw Zeeland zijn bijna altijd van uitmuntende kwaliteit, dat geldt ook voor de Hooker Valley Track. Je volgt aangelegde paden en steekt de gletsjer rivieren over met behulp van hangbruggen. Je doet er ongeveer 2 à 3 uur over om bij een klein meer vol met gletsjerwater aan te komen, dat is het einde van de track. Dat water is dus IJSKOUD, alleen de dare-devils springen er even in. Vervolgens keer je dezelfde weg weer terug naar de camping.
Onze tip die we eigenlijk bij alle hikes geven, ga lekker vroeg. In de ochtend als de zon nog op moet komen is het licht prachtig en heeft de vallei iets extra mysterieus. Ook kom je dan bijna niemand tegen, wij kwamen de eerste wandelaars pas tegen toen we alweer op de terugweg waren. Nu moesten wij ook weer op tijd terug zijn, want wij gingen in de middag Mount Cook nog op een hele andere manier te zien krijgen. Maar dat is voor een volgend artikel.
Meer zien
Als er vragen zijn over Nieuw Zeeland of deze hike, laat dan een comment achter onder dit artikel. Als jullie iets van de Hooker Valley Track willen zien, check dan de eerste helft van onderstaande video:
